Opdrachten
Opdracht 1: Beweging
1) Kun je omschrijven wat je allemaal op dit
plaatje ziet?
2) Zie je dingen bewegen op dit plaatje? En zo ja, waar zie je die beweging dan terugkomen?
plaatje ziet?
2) Zie je dingen bewegen op dit plaatje? En zo ja, waar zie je die beweging dan terugkomen?
Opdracht 2: Gevoel
1) Waar denk je aan als je naar dit plaatje
kijkt?
2) Wat zie je als eerste als je naar dit plaatje
kijkt? Kun je ook het andere plaatje ontdekken? En zo ja, wat zijn de twee plaatjes die je hebt ontdekt?
3) Maakt dit plaatje een bepaald gevoel bij je
los? En zo ja, komt dit door de afbeelding of de kleuren die worden gebruikt?
kijkt?
2) Wat zie je als eerste als je naar dit plaatje
kijkt? Kun je ook het andere plaatje ontdekken? En zo ja, wat zijn de twee plaatjes die je hebt ontdekt?
3) Maakt dit plaatje een bepaald gevoel bij je
los? En zo ja, komt dit door de afbeelding of de kleuren die worden gebruikt?
Opdracht 3: Lijnen
1) Wat zie je als je naar dit plaatje
kijkt?
2) Staan alle lijnen op dit plaatje recht? Waarom wel of waarom niet?
3) Zijn alle witte vierkanten even groot als de zwarte vierkanten? Waarom wel of waarom niet?
kijkt?
2) Staan alle lijnen op dit plaatje recht? Waarom wel of waarom niet?
3) Zijn alle witte vierkanten even groot als de zwarte vierkanten? Waarom wel of waarom niet?
Opdracht 4: Vorm
1) Wat zie je allemaal als je naar dit plaatje kijkt?
2) Wat voor vormen zie je in dit plaatje? Zie je ook veranderingen in die vormen? En zo ja, welke zie je dan?
2) Wat voor vormen zie je in dit plaatje? Zie je ook veranderingen in die vormen? En zo ja, welke zie je dan?
Opdracht 5: Herhaling
1)Zijn er bepaalde dingen op dit plaatje die zich herhalen? En zo ja, wat zijn die dingen dan?
2) Wat valt jou meteen op aan dit plaatje?
3) Als je goed naar dit plaatje kijkt, kan dit dan in het echt? Waarom wel of waarom niet?
4) Zou je dit plaatje kunnen spiegelen?
5) leg eens uit waaraan je kunt zien dat dit schilderij een gezichtsbedrog is?
2) Wat valt jou meteen op aan dit plaatje?
3) Als je goed naar dit plaatje kijkt, kan dit dan in het echt? Waarom wel of waarom niet?
4) Zou je dit plaatje kunnen spiegelen?
5) leg eens uit waaraan je kunt zien dat dit schilderij een gezichtsbedrog is?
Opdracht 6: Mening
Omschrijf je antwoord bij deze vragen duidelijk!
1) Als je nog eens kijkt naar alle plaatjes van gezichtsbedrog, wat vind je er
dan eigenlijk van? En waarom vind je dit?
2) Hieronder staan nog een aantal plaatjes van gezichtsbedrog, zou je deze plaatjes of een van deze plaatjes als schilderij in je huis willen? Waarom sommige wel of waarom niet? (als je op 1-2-3-.. klikt krijg je andere plaatjes te zien)
1) Als je nog eens kijkt naar alle plaatjes van gezichtsbedrog, wat vind je er
dan eigenlijk van? En waarom vind je dit?
2) Hieronder staan nog een aantal plaatjes van gezichtsbedrog, zou je deze plaatjes of een van deze plaatjes als schilderij in je huis willen? Waarom sommige wel of waarom niet? (als je op 1-2-3-.. klikt krijg je andere plaatjes te zien)